Bij een vastgoedbedrijf heeft een boekenonderzoek plaatsgevonden naar de renovatie van woningen. De inspecteur legt naheffingsaanslagen omzetbelasting op inclusief vergrijpboetes. Volgens de inspecteur is het bedrijf een 'eigenbouwer' en had het daarom de verleggingsregeling moeten toepassen bij de renovaties. Het vastgoedbedrijf is het hier niet mee eens en gaat in beroep. De vraag is of het vastgoedbedrijf terecht als eigenbouwer wordt aangemerkt.
Wat is een eigenbouwer?
Een eigenbouwer is iemand die bouwwerkzaamheden uitvoert in de normale uitoefening van zijn bedrijf, zonder daartoe van een opdrachtgever opdracht te hebben gekregen. Het is niet vereist dat het bedrijf de werkzaamheden zelf uitvoert, maar wel dat het de algehele leiding heeft over het bouwproces. De eigenbouwer moet betrokken zijn bij bouwkundige vragen en problemen die rijzen bij de uitvoering, waarbij de leiding betrekking moet hebben op het werk in eigenlijke zin. Dit onderscheidt de eigenbouwer van een gewone opdrachtgever.
Standpunt van het vastgoedbedrijf
Het vastgoedbedrijf stelt dat het niet als eigenbouwer kan worden aangemerkt. Ze werkt met een standaardconcept, waarbij de uitvoering wordt overgelaten aan de aannemer. Voor bouwkundige vragen en controle wordt een externe bouwbegeleider ingeschakeld. Het bedrijf beschikt zelf niet over technische bouwkennis en heeft slechts de rol van opdrachtgever.
Standpunt van de inspecteur
De inspecteur meent dat het vastgoedbedrijf kwalificeert als eigenbouwer op basis van drie hoofdargumenten. Ten eerste wijst de inspecteurop de intensieve betrokkenheid bij de voorfase van het bouwproces: het bedrijf voert zelf besprekingen met architecten en is direct betrokken bij vergunningaanvragen. Ten tweede stelt de inspecteur dat het vastgoedbedrijf door de vele renovaties de technische en organisatorische kennis heeft opgebouwd om het bouwproces te kunnen leiden. Ten derde concludeert de inspecteur uit de beperkte tijdsbesteding van de bouwbegeleider dat het vastgoedbedrijf zelf intensief bij de bouwwerkzaamheden betrokken moet zijn geweest. Daarnaast wijst de inspecteur op aanvullende indicaties zoals de summiere offertes van aannemers, het feit dat het vastgoedbedrijf garanties geeft op installaties en afwerking en dat klachten eerst bij het vastgoedbedrijf binnenkomen.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank heeft de argumenten van de inspecteur in twee categorieën verdeeld: enerzijds de activiteiten vóór de bouw (zoals overleg met architecten en vergunningaanvragen) en anderzijds de activiteiten na de bouw (zoals garanties en klachtenafhandeling). De rechtbank oordeelt dat beide soorten activiteiten geen bewijs vormen voor leiding over het eigenlijke bouwproces. Wat betreft de daadwerkelijke bouwwerkzaamheden acht de rechtbank het aannemelijk dat het vastgoedbedrijf, door haar werkwijze met een standaardconcept, de uitvoering grotendeels kon overlaten aan de aannemer. Hierdoor kon niet worden bewezen dat de betrokkenheid "in betekende mate verder ging dan die van een 'gewone' opdrachtgever" en werden de naheffingsaanslagen vernietigd.
Tip
Deze zaak toont aan dat de grens tussen opdrachtgever en eigenbouwer niet altijd duidelijk is, maar wel grote fiscale gevolgen kan hebben door de verleggingsregeling in de btw.
Vanuit een visie waarbij u als ondernemer centraal staat verzorgen wij heldere en kostenefficiënte advisering. Advisering van hoge kwaliteit met persoonlijke aandacht!
Voorkom beslissingen die op de lange termijn de verkeerde blijken
Belastingvoordeel, waar ligt het voor het oprapen?
Ontdek je kansen en pak je voordeel
Wij zijn gevestigd in Alkmaar,
Purmerend, Haarlem en
Noordwijkerhout.
© 2024, TEKZ Belastingadviseurs
Realisatie door Bureau BADE