De staatssecretaris van Financiën heeft vragen van de vaste commissie voor Financiën van de Tweede Kamer beantwoord. De vragen hebben betrekking op een brief van de staatssecretaris over het wetsvoorstel voor de aanpak van vastgoedaandelentransacties.
De voorgestelde heffing van 4% overdrachtsbelasting bij de overdracht van nieuwe onroerende zaken via een aandelentransactie resulteert volgens de staatssecretaris in een vergelijkbare belastingdruk als het geval zou zijn bij een rechtstreekse levering van deze onroerende zaken. Het voorgestelde overgangsrecht houdt rekening met het feit dat het vaak gaat om langdurige trajecten, waarvoor jaren van tevoren overeenkomsten zijn gesloten. Ten opzichte van het oorspronkelijke voorstel bevat het wetsvoorstel een aantal wijzigingen. Welke uitwerking de wijzigingen in de praktijk zullen hebben is de vraag. Het is de bedoeling om in 2028 een evaluatie van de regeling uit te voeren.
Het overgangsrecht kan van toepassing zijn op vastgoedaandelentransacties die vóór 19 september 2023 om 15.15 uur schriftelijk zijn overeengekomen. De overeenkomst dient voor 1 april 2024 bij de inspecteur van de Belastingdienst gemeld te worden. De overgangsregeling kan alleen van toepassing zijn als de aandelentransactie, waarmee de onroerende zaken worden overgedragen, vóór 1 januari 2030 wordt uitgevoerd.
Stel een vraag: