Gedurende de lockdown hoeft een horecabedrijf maar de helft van de huur te betalen. Dat bepaalde Rechtbank Den Haag in een geschil over huurvermindering.
De rechtbank oordeelt dat de gevolgen van de coronacrisis gelijkelijk over partijen verdeeld moeten worden tijdens de periode waarin het horecabedrijf de exploitatie geheel moet staken. Horecaondernemers en winkeliers kregen al vaker gelijk bij de rechter, maar dat was steeds in kort gedingen.
Volgens de rechtbank bestaat er geen aanleiding om aan te nemen dat partijen bij het sluiten van de huurovereenkomst rekening hebben gehouden met een gezondheidscrisis van deze omvang, waarbij diverse overheidsmaatregelen worden getroffen die maken dat het gehuurde gedurende langere tijd niet kan worden gebruikt. De coronacrisis moet gelet op haar omvang en de gevolgen voor de economie en de maatschappij, dan ook als een onvoorziene omstandigheid in de zin van artikel 6:258 BW worden beschouwd.
Het vonnis kan grote gevolgen hebben voor restauranthouders, cafébazen en winkeliers. Zij kunnen nu gemakkelijker kortingen afdwingen, stellen experts in het FD.
Bron: Taxence
Stel een vraag: